Wat is osteopathie?
Wat is osteopathie?
Het woord osteopathie kan een beetje misleidend werken. Osteo verwijst naar botten en pathie betekent ziekte. Osteopathie houdt echter veel meer in dan ‘ziekte van de botten’. Grondlegger Dr. Andrew Taylor Still koos de term osteopathie om een werkbare naam te hebben voor zijn methode om bij een individu gezondheid terug te vinden.
Lichaam als geheel
In de osteopathie wordt het lichaam gezien als een groot geheel (systeem), waarin elk onderdeel effect heeft op de andere onderdelen in het systeem. Dit wordt ook wel een holistische zienswijze genoemd en volgens mij is dat ook de enige manier waarop je een lichaam kan zien. Elk onderdeel doet ertoe en staat direct of indirect in verbinding met alle andere onderdelen van het lichaam.
Dus niet alleen de botten, spieren en gewrichten (parietaal systeem), maar ook de ingewanden en organen (visceraal systeem) en het craniosacraal systeem worden meegenomen in een osteopathie behandeling. Uiteraard vallen hier ook alle verbindende en aansturende systemen en structuren onder, zoals zenuwen, bloedvaten, lymfebanen en fasciale structuren. Allen spelen een even belangrijke rol in het gezond houden van het lichaam als geheel.
In de osteopathie wordt gebruik gemaakt van het holistische principe. Het is bij elke klacht van het grootste belang om het hele dier na te kijken op verstoringen en niet alleen de aandacht te richten op het deel dat op dat moment klachten geeft. Zo kan een val waarbij een paard zijn rug bezeerd, een jaar later resulteren in reciverende krampkoliek.
Hoe werkt het?
Een osteopaat ‘leest’ als het ware het lichaam. De handen van de osteopaat zijn tegelijkertijd diagnostisch en therapeutisch aan het werk. Door te voelen en zachte manuele technieken toe te passen, kan de osteopaat afwijkende patronen – blokkades of osteopathische laesies genoemd – in het lichaam opsporen. Tegelijkertijd wordt het zelfherstellend vermogen van het lichaam aangesproken om deze afwijkende patronen op te lossen. Het lichaam komt weer in harmonie en de fysiologische, lichaamseigen processen kunnen weer doen wat ze moeten doen: het dier gezond houden.